Zorgpas

Limoen (Citrus aurantifolia)

Direct licht Direct licht

Geeft de voorkeur aan directe blootstelling aan zonlicht.

Regelmatig water geven Regelmatig water geven

Geef een of twee keer per week water in de zomer en een keer per week in de winter. Controleer of het substraat een beetje droog is voordat je weer water geeft. Verwacht dat je vaker water moet geven bij helder licht en minder vaak bij weinig licht.

Normale luchtvochtigheid Normale luchtvochtigheid

Elke luchtvochtigheid is goed, je kunt het om de 2 weken sprayen.

Niet geschikt voor huisdieren Niet geschikt voor huisdieren

Deze plant kan giftig zijn voor je huisdier, dus we raden je aan om ze niet samen te houden.

Limoen (Citrus aurantifolia)

Advies

  1. Licht: De linde geeft de voorkeur aan direct zonlicht. Plaats de plant enkele uren per dag in helder, direct licht.
  2. Water geven: Houd het substraat licht vochtig, maar voorkom wateroverlast. Laat de bovenste laag van het substraat opdrogen voordat je weer water geeft.
  3. Vochtigheid: Verdraagt een matige luchtvochtigheid, maar is niet kritisch voor het welzijn.
  4. Bemesting: Gebruik tijdens het groeiseizoen een uitgebalanceerde meststof speciaal voor citrusvruchten. Volg de instructies van de fabrikant en vermijd overbemesting.
  5. Temperatuur: Hij geeft de voorkeur aan een warm klimaat en verdraagt niet goed vorst. Bescherm de plant tegen extreem lage temperaturen.
  6. Snoeien: Licht snoeien om de plant vorm te geven en dode of zieke groei te verwijderen.
  7. Ongediertebestrijding: Controleer regelmatig op ongedierte en pak het onmiddellijk aan als het wordt aangetroffen.
  8. Grond: Gebruik een goed gedraineerd substraat van goede kwaliteit.
  9. Winterbescherming: Als je in een gebied met koude winters woont, bescherm de plant dan tegen extreme kou en vorst.

Tekenen van zwakte

  1. Gele bladeren: Bladverkleuring kan wijzen op problemen met voedingsstoffen, te veel water geven of een tekort aan grond.
  2. Vroegtijdige bladval: Plotselinge temperatuurschommelingen, lichtgebrek, waterstress of wortelproblemen kunnen vroegtijdige bladval veroorzaken.
  3. Verschrompelde of afgestompte vruchten: vruchtvormingsproblemen kunnen het gevolg zijn van onvoldoende bestuiving, een gebrek aan voedingsstoffen of ongunstige omgevingsomstandigheden.
  4. Bladvlekken: Bruine of gele vlekken kunnen duiden op ziekte, zonnebrand of irrigatieproblemen.
  5. Trage of zwakke groei: Trage groei kan het gevolg zijn van voedingstekorten, substraatproblemen of ongunstige omgevingsomstandigheden.